Praktijkgebieden: Bestuursrecht
Daar waar er in het civiele verhoudingen in de regel gedurende een langere periode kan worden geprotesteerd tegen ongewenste acties van anderen, wordt er in het bestuursrecht een snelle reactie verwacht. Voor bezwaar en beroep geldt een termijn van zes weken en de belanghebbende die zich te laat meldt, moet uitgaan van de juistheid van een besluit – zowel wat betreft de inhoud als de wijze van totstandkoming. Het besluit is dan onherroepelijk.
Ook in de voorfase van een besluit kan stil zitten fataal zijn. Niet lang geleden werd bijvoorbeeld de zogenoemde uniforme openbare voorbereidingsprocedure ingevoerd, die onder meer van toepassing is bij besluiten over een vrijstelling van het bestemmingsplan (WRO) of milieuvergunning (Wm). Bij toepasselijkheid van deze procedure wordt er – voordat er een besluit wordt genomen – eerst een ontwerpbesluit ter inzage gelegd naar aanleiding waarvan een ieder zienswijzen kan indienen. Die zienswijzen worden bij de besluitvorming meegenomen.
Vervolgens kunnen belanghebbenden, die het met het uiteindelijke besluit niet eens zijn, in beroep bij de rechtbank. De bezwaarfase wordt dus (in principe) overgeslagen. Cruciaal is dan echter dat die belanghebbende ook tijdig een zienswijze naar aanleiding van het ontwerpbesluit heeft ingediend. Zo niet, dan is het beroep niet-ontvankelijk en volgt er geen inhoudelijke behandeling. Kortom, nog vóórdat het besluit is genomen, moet er worden geprotesteerd.
Maar hoe raak je op de hoogte van zo'n ontwerpbesluit? Volgens de wet moet het ontwerpbesluit ter inzage worden gelegd, en voorts moet het feit dát dit is gebeurd worden gepubliceerd in een of meer dag-, nieuws- of huis-aan-huisbladen of op een andere geschikte wijze bekend worden gemaakt. In de regel wordt hiervoor het huis-aan-huisblad aangehouden.
Binnen gemeentes worden vaak meerdere huis-aan-huisbladen verspreid, terwijl sommige huis-aan-huisbladen niet op alle adressen worden bezorgd. Een uitspraak van eerder dit jaar (Afdeling bestuursrechtspraak 25 april 2007) laat zien dat onder omstandigheden een actieve houding van burgers wordt verwacht.
De betreffende bewoners hadden beroep ingesteld tegen een besluit dat directe gevolgen voor hun veehouderij had. Door de rechtbank werd hen echter tegengeworpen dat zij geen zienswijzen hadden ingediend naar aanleiding van het ontwerpbesluit, en de rechtbank verklaarde het beroep niet-ontvankelijk. Bij de Afdeling bestuursrechtspraak voerden de bewoners aan dat hen het niet-indienen van zienswijzen niet kon worden verweten omdat het huis-aan-huisblad niet werd bezorgd in het gebied waarin zij woonden en het bestuursorgaan hen evenmin per brief op de hoogte had gebracht. Dit betoog mocht echter niet baten.
Hoewel vaststond dat het betreffende huis-aan-huisblad niet werd bezorgd in het buitengebied waar betrokkenen wonen, oordeelde de Afdeling dat publicatie hierin een geschikte wijze van kennisgeving was. Hierbij werd betrokken dat de bezorging van het huis-aan-huisblad in het algemeen geen gebreken kende (in de gebieden waar dit wel werd bezorgd) en dat het blad voorts op vier locaties kon worden afgehaald. Nu voorts aannemelijk was dat het bestuursorgaan in de regel van dit betreffende huis-aan-huisblad gebruik maakte, was het voorgaande voldoende.
De bewoners dienden met andere woorden maar zelf wekelijks een huis-aan-huisblad te halen om op de hoogte te blijven van de besluiten. Hierbij biedt internet gelukkig een uitkomst – veel bestuursorganen (waaronder gemeenten en provincies) hebben er inmiddels gewoonte van gemaakt om besluiten ook op internet te publiceren. Volgens de wet is de schriftelijke publicatie vooralsnog beslissend.
Femke van Ooijen is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied bestuursrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.