Praktijkgebieden: Ondernemingsrecht
Een aantal jaren geleden is er nogal wat ophef ontstaan over de Hells Angels in Nederland. Enkele politici riepen toen ferm dat de Hells Angels moeten worden verboden. In onze bijdrage van 30 september 2004, hebben wij echter aangegeven dat zulks makkelijker is gezegd dan gedaan. De rechtbank Leeuwarden heeft nu dan ook bepaald dat de chapter Harlingen van de Hells Angels niet kan worden verboden.
Dat wil natuurlijk niet zeggen dat de rechtbank de chapter Harlinger afschildert als een club van koorknapen. Integendeel. De rechtbank acht afdoende aannemelijk dat de wereldwijde Hells Angels zich bezig houden met criminele activiteiten, zoals handel in verdovende middelen en het dreigen met geweld en daadwerkelijk gebruik van geweld. Daarnaast handelt de wereldwijde organisatie discriminerend, omdat expliciet in een handboek is bepaald: “No niggers in the club”. Eveneens gaat de rechtbank ervan uit dat er een eenheid van cultuur is in alle wereldwijde Hells Angels verenigingen. Daarnaast staat vast dat de chapter Harlingen 10 leden heeft, die alle een strafblad hebben. Eveneens is bewezen dat bij een feest van de chapter Harlingen is gehandeld in verdovende middelen, hetgeen strafbaar is en hetgeen ook in strijd is met de verleende vergunning. Er zijn wapens aangetroffen bij diverse huiszoekingen in het clubhuis en bij leden thuis. Verder is bij het clubhuis een hennepkwekerij aangetroffen, met illegaal afgetapte electriciteit.
Toch wordt de chapter Harlingen niet verboden. Feitelijk heeft het Openbaar Ministerie en de gemeente (lees: overheid) dat aan zichzelf te danken. Het Openbaar Ministerie heeft voor alle hierboven genoemde feiten wel de individuele leden vervolgd, maar zij heeft niet de rechtspersoon chapter Harlingen vervolgd. Zelfs voor de wapenvondst in het clubhuis, waarvoor de chapter geen goede verklaring heeft kunnen geven, is niet vervolgd. Daarnaast heeft de gemeente, ondanks de aangetoonde strafbare feiten, nieuwe vergunningen afgegeven voor feesten van de chapter. Uit het uitblijven van vervolging en uit het verlenen van nieuwe vergunnigen, leidt de rechtbank af dat de werkzaamheden van de chapter moeilijk kunnen worden aangemerkt als “strijd met de openbare orde”. Het Openbaar Ministerie heeft dus niet aannemelijk gemaakt dat de werkzaamheden van de chapter zodanig in strijd zijn met de openbare orde dat daarop alleen met het ultieme middel van verbodenverklaring kan worden gereageerd. De rechtbank verwijst daarbij nog expliciet naar de vrijheid van vereniging.
Kortom, het Openbaar Ministerie zal zijn huiswerk erg goed moeten doen voordat kan worden ingegrepen met het ultieme middel van verbodenverklaring. En zelfs als kan worden bewezen dat een vereniging strafbare feiten heeft gepleegd, blijft het oppassen. Het Openbaar Ministerie en andere overheden moeten immers wel consequent zijn. Als er zaken voorvallen die het daglicht niet kunnen verdragen, moeten zij tot vervolging overgaan, de vergunningen weigeren of zonodig overgaan tot bestuursdwang (sluiting van het clubhuis). Zolang andere instrumenten open staan en niet worden gebruikt, is er geen reden om het ultieme middel van verbodenverklaring toe te passen. Nu eens kijken of Openbaar Ministerie en gemeente deze vingerwijzing ter harte nemen. Ik ben benieuwd of de volgende vergunning aanvraag wordt toegewezen.
Jonathan Barth is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied handel- en ondernemingsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.