Praktijkgebieden: Bestuursrecht
Uit een recente uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State d.d. 28 juni 2006 is gebleken dat veel gemeenten in de provincie Zuid-Holland niet bevoegd zijn tot het verlenen van vrijstelling van hun bestemmingsplannen op grond van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.
Wat is er aan de hand?
Wanneer een bouwvergunning wordt aangevraagd voor een bouwwerk dat niet in overeenstemming is met het bestemmingsplan, kan het College van Burgemeesters en Wethouders van deze gemeente vrijstelling verlenen van het bestemmingsplan in door Gedeputeerde Staten aangegeven categorieën van gevallen.
Door Gedeputeerde Staten is, ten behoeve van deze vrijstellingsmogelijkheid van gemeenten, een lijst met categorieën van gevallen opgesteld. Deze lijst met gevallen is een algemeen verbindend voorschrift dat op grond van de Provinciewet moet worden bekendgemaakt in een provinciaal blad dat algemeen verkrijgbaar is.
In bovengenoemde uitspraak had GS van provincie Zuid-Holland de lijst met categorieën niet op juiste wijze bekendgemaakt. De lijst met categorieën was niet gepubliceerd in een Provinciaal blad.
De Afdeling heeft geoordeeld dat, nu het algemeen verbindend voorschrift niet op juiste wijze bekend is gemaakt, het niet in werking is getreden. Het gevolg hiervan is dat de Colleges van Burgemeesters en Wethouders in de provincie Zuid-Holland niet bevoegd waren tot het verlenen van vrijstelling.
Het goede nieuws is dat, zoals blijkt uit een uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Roermond d.d. 12 september 2006 het bevoegdheidsgebrek van het College van Burgemeester en Wethouders kan worden hersteld door de lijst met categorieën van gevallen alsnog te publiceren.
Fleur Costa Baiôa is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied bestuursrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.