Praktijkgebieden: Bestuursrecht
Het Besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningplichtige bouwwerken heeft inmiddels een aardige stroom van uitspraken opgeleverd. Zie bijvoorbeeld ook een bijdrage uit mei van dit jaar. één van de in het Bblb opgenomen categorieën is het aanbrengen van een verandering van niet-ingrijpende aard aan een bestaand bouwwerk (mits overigens aan een aantal kenmerken wordt voldaan). Het begrip “verandering van niet-ingrijpende aard” is voor velerlei uitleg vatbaar. Welke invalshoek moet daarbij worden gekozen? In een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van eerder dit jaar wordt bevestigd dat er niet uitsluitend vanuit een bouwkundige invalshoek naar de wijziging moet worden gekeken. Ook de stedenbouwkundige aspecten dienen bij deze categorie van bouwen van beperkte betekenis te worden meegenomen. Kortom, de jurisprudentie van voor de invoering van het Bblb blijft actueel, en voor de vraag of de bouwactiviteiten onder genoemde categorie vallen dient ook steeds naar de feitelijke en planologische effecten moet worden gekeken. Welke uitstraling heeft de wijziging op de omgeving?
In de door de Afdeling te beoordelen zaak ging het om gevelbekleding die bijna het gehele oppervlak van de gevel besloeg. Gezien de situatie ter plaatse had de rechtbank op goede gronden geoordeeld dat de vervanging van de gevelbekleding van substantiële en ingrijpende betekenis was, zodat ten tijde van de beslissing op bezwaar geen sprake was van een vervanging van niet-ingrijpende aard in de zin van het Bblb. Ook van een van de andere categorieën was geen sprake, zodat een voor de vervanging van deze gevelbekleding een bouwvergunning had moeten worden aangevraagd.
Femke van Ooijen is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied bestuursrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.