Praktijkgebieden: Arbeidsrecht
De vakantietijd is weer aangebroken. Een groot aantal jongeren gaat deze zomer weer aan de slag als vakantiekracht. In onze bijdrage van 20 juli 2005 schreven wij al over het toezicht op de werkomstandigheden van vakantiekrachten.
Voor het aangaan van arbeidsovereenkomsten met minderjarigen en de aard van de werkzaamheden die minderjarigen mogen verrichten gelden bijzondere regels.
In artikel 7:612 van het Burgerlijk Wetboek is het een regeling opgenomen omtrent het aangaan van arbeidsovereenkomsten door minderjarigen. Een zestienjarige is door de wetgever bekwaam geacht tot het aangaan van een arbeidsovereenkomst. Een minderjarige, die jonger is dan zestien jaar, is onbekwaam tot het aangaan van een arbeidsovereenkomst. In beginsel is toestemming van de wettelijk vertegenwoordiger (meestal de ouders) vereist. Indien echter een onbekwame minderjarige een arbeidsovereenkomst is aangegaan en vervolgens vier weken in dienst van de werkgever arbeid heeft verricht zonder dat zijn wettelijke vertegenwoordiger aan de werkgever te kennen geeft dat de arbeidsovereenkomst vernietigd dient te worden, dan wordt de jongere geacht de toestemming van die vertegenwoordiger te hebben verkregen.
Dit jaar heeft een ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een postbus 51 brochure gemaakt over vakantiewerk door dertien- tot en met zeventienjarigen. In de brochure staat welke werkzaamheden deze jongeren mogen verrichten, gedurende hoeveel uur en wat de minimale vergoedingen zijn. Dertien- en veertienjarigen mogen bijvoorbeeld slechts klusjes doen of helpen bij het werk en er moet iemand aanwezig zijn om een oogje in het zeil te houden. Met machines werken mag niet. Oudere jongeren mogen meer. Zo mag een vijftienjarige bedienen in een restaurant, maar geen alcoholische dranken serveren. Zestien- en zeventienjarigen mogen bijna alle werkzaamheden verrichten. Zij mogen ook met machines werken, zij het onder toezicht. Voor dertien- en veertien jarigen gelden geen minimumlo-nen. Vijftienjarigen behoren minimaal € 2,22 netto per uur te verdienen. Zestien- en zeventienjarigen € 2,55 resp. € 2,88 netto per uur.
Annejet Lamme is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied arbeidsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.