Praktijkgebieden: Arbeidsrecht
De Raad voor het Overheidspersoneel (ROP) heeft aan minister Remkes van Binnenlandse Zaken geadviseerd om alle ambtenaren in de toekomst een “gewone” arbeidsovereenkomst met hun werkgever te laten sluiten. Het merendeel van de overheidsdienaren werkt nu nog op basis van een (eenzijdige) aanstelling door de overheid. Door de wijziging zou een ambtenaar, net als andere werknemers, onder de regels van het Burgerlijk Wetboek vallen. Nu gelden nog specifieke regels voor de rechtsverhouding tussen de overheid en de ambtenaar. Geschillen met betrekking tot het dienstverband van een ambtenaar worden op dit moment ook nog opgelost bij de bestuursrechter, in plaats van de civiele rechter.
De afschaffing van het huidige regime ligt bij de ambtenaren gevoelig. Over het algemeen heeft de ambtenaar namelijk een gunstige rechtspositieregeling. Ambtenaren zouden onder het huidige recht ook beter beschermd worden tegen ontslag (althans, minder snel ontslagen worden). Zij vrezen deze bescherming kwijt te raken. Of dat zo zou zijn is de vraag; over het ontslagstelsel in het ambtenarenrecht (nog) geen advies uitgegeven. Dit heeft te maken met het feit dat op dit moment de Sociaal-Economische Raad (en later het kabinet) zich buigt over de wijziging van het algehele ontslagstelsel in Nederland.
Het advies van de ROP (dat overigens niet openbaar is) komt niet uit de lucht vallen. Er wordt al langer gepraat over de afschaffing van de ambtenarenstatus. De afgelopen tijd is de juridische positie van de ambtenaren al steeds meer gelijk getrokken met die van de gewone werknemer, bijvoorbeeld op het gebied van werkloosheid, pensioen en ziekte. Ook is er al een tijd een privatiseringsgolf gaande met onder meer als gevolg dat medewerkers van instellingen in plaats van ambtenaren gewone werknemers zijn geworden en onder het civiele arbeidsrecht vallen.
Minister Remkes heeft aangekondigd nog vóór de zomer een standpunt in te nemen over het advies van de ROP. Zodra hier meer over bekend is krijgt u dat uiteraard van ons te horen.
Sjef Gitmans is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied arbeidsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.