Praktijkgebieden: Arbeidsrecht
Een tijdje geleden was het al in het nieuws: Charles Groenhuijsen zou geen presentator van het NOS-journaal worden wegens een conflict met zijn werkgever de NOS. Vanwege het conflict heeft de NOS onlangs ontbinding van de arbeidsovereenkomst gevraagd. Vorige week heeft de rechter uitspraak gedaan in deze zaak. De arbeidsovereenkomst is ontbonden, maar wel onder toekenning van een aanzienlijke vergoeding aan de oud Amerika correspondent.
Groenhuijsen zou vanaf 1 januari 2006 presentator worden van het 8 uur journaal. In dat kader hebben partijen met elkaar onderhandeld over de voorwaarden voor de terugkeer van de presentator uit Amerika, waarover onenigheid ontstond. Uiteindelijk leken partijen er toch uit te komen. Kort daarop diende zich echter een nieuw conflict aan. Dit conflict had met name te maken met het besluit van de hoofdredacteur om het bestaande protocol voor nevenactiviteiten anders op Groenhuijsen toe te passen. Groenhuijsen beschuldigde de hoofdredacteur ervan hem met betrekking tot nevenactiviteiten strenger te controleren dan anderen. Naar aanleiding daarvan nam Groenhuijsen het inmiddels beruchte woord “schnabbelgestapo” in de mond. Al met al waren deze ontwikkelingen voor de kantonrechter voldoende redenen om de arbeidsovereenkomst wegens een verstoorde relatie te ontbinden per 1 april 2006.
De kantonrechter heeft vervolgens beoordeeld of Groenhuijsen een eventuele vergoeding toekwam. Bij een ontbindingszaak past de kantonrechter over het algemeen de kantonrechtersformule toe. Deze houdt kort gezegd in dat per gewerkt dienstjaar een maandsalaris wordt betaald, waarbij jaren boven de veertig voor 1,5 en boven de vijftig voor 2 tellen. Bij Groenhuijsen kwam dit in totaal neer op 29 maandsalarissen. Indien de verstoorde verhouding echter in overwegende mate aan een van de partijen te verwijten valt, kan de kantonrechter dit bedrag nog vermenigvuldigen met een correctiefactor (welke doorgaans schommelt tussen de 0 en de 2, afhankelijk van de mate van verwijtbaarheid). Het feit dat de NOS het protocol op een andere wijze op Groenhuijsen toepaste dan gebruikelijk (met als gevolg de escalatie van het geschil) was voor de kantonrechter een reden om te oordelen dat de verstoorde relatie aan de NOS te wijten was. Daar deed de opmerking over de “schnabbelgestapo”, hoe smakeloos en onnodig grieven ook, volgens de kantonrechter niet aan af. De correctiefactor die de kantonrechter vervolgens toepaste was 1,25. De vergoeding die uiteindelijk werd toegewezen was € 489.375,- bruto.
Een uitspraak die dus als gevolg heeft de beëindiging van de arbeidsovereenkomst onder toekenning van een aardige vergoeding aan Groenhuijsen. De (voor ons misschien wel) belangrijkste conclusie is echter dat wij de komende tijd gewoon nog elke avond kunnen genieten van Philip Freriks.
Sjef Gitmans is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied arbeidsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.