Praktijkgebieden: Vennootschapsrecht
Vanaf 1 januari 2005 moeten vrachtvervoerders die over de Duitse snelweg rijden per gereden kilometer tol betalen. Indien een vrachtwagenchauffeur echter bij een Duits tankstation zijn brandstof tankt krijgt deze chauffeur 2,6 eurocent per gereden kilometer korting op de te betalen tol. Deze korting staat de Europees commissaris voor transport, de heer Barrot, echter niet toe.
De Europese Commissie staat over het algemeen positief tegenover een tolsysteem. Zeker indien per gereden kilometer betaald dient te worden. Transport over de weg over lange afstanden wordt dan namelijk duurder. Nu transport door middel van vrachtwagens het milieu sterk vervuilt, hoopt de Europese Commissie dat vervoerders voor de lange afstanden voor alternatieve vervoersmogelijkheden kiezen (en dus minder zullen vervuilen).
Met de korting die vrachtwagenchauffeurs krijgen indien in Duitsland wordt getankt is de Europese Commissie het echter niet eens. De Europese Commissie is namelijk van mening dat deze regeling discrimineert. Een vervoerder die buiten Duitsland tankt en vervolgens gebruik maakt van de Duitse autowegen krijgt geen korting bij het betalen van tol. Iemand die binnen de Duitse grenzen tankt krijgt deze korting echter wel. Nu de eerste groep voornamelijk uit chauffeurs van buiten Duitsland bestaat en de tweede meer uit Duitse chauffeurs, worden Duitse vrachtwagenchauffeurs bevoordeeld. Omdat de Duitse regering voor deze vorm van discriminatie geen rechtvaardigingsgrond heeft kunnen aanvoeren, is deze regeling niet toegestaan.
Nog een andere reden voor het verbieden van de kortingsregeling is dat de tankstations in de grensstreken buiten Duitsland eveneens benadeeld kunnen worden ten opzichte van de tankstations in Duitsland. Als chauffeur is het namelijk beter om even te wachten met tanken totdat je in Duitsland bent. Dan ontvang je immers korting op de tolheffing.
Sjef Gitmans is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied vennootschapsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.