Praktijkgebieden: Arbeidsrecht
Bij reorganisaties wordt sinds jaar en dag het principe “last-in, first out” gehanteerd. Deze regel houdt in dat degenen die als laatste in dienst zijn getreden, als eerste moeten vertrekken. In de praktijk betekent dit dat de jonge mensen, met name starters, de gereorganiseerde onderneming of instelling moeten verlaten. Hierdoor blijven er relatief weinig jongeren in de organisatie over, hoewel daar vaak wel behoefde aan is.
Op aandringen van de Tweede Kamer komt er daarom nu verandering in de wijze waarop reorganisaties plaatsvinden, teneinde een evenwichtige leeftijdsopbouw en de vertegenwoordiging van verschillende groepen van werknemers in een bedrijf te kunnen overhouden na reorganisatie. Het afspiegelingsbeginsel zal de hoofdregel worden bij het schrappen van arbeidsplaatsen in het bedrijfsleven. Bij hantering van dit beginsel worden ontslagen gespreid over de verschillende leeftijdscategorieën in een bedrijf. Werknemers met vergelijkbare functies worden ingedeeld in leeftijdsgroepen en binnen die leeftijdsgroepen wordt de werknemer met het kortste dienstverband het eerst voorgedragen voor ontslag. Zo blijft er binnen het afspiegelingsbeginsel nog wel een soort “last in, first out” principe bestaan, maar in gematigde vorm.
Ter invoering van de nieuwe regel wordt het Ontslagbesluit gewijzigd. Het CWI toetst bij verlening van vergunningen voor ontslag bij reorganisaties of aan de regels uit dit Ontslagbesluit is voldaan. Of bij de reorganisatie het afspiegelingsbeginsel op de juiste wijze is toegepast, zal dus door het CWI worden gecontroleerd. Hoe het afspiegelingsbeginsel in concrete situaties dient te worden toegepast, zal in de praktijk moeten blijken. Met name de indeling in functiegroepen zal voor de nodige discussie kunnen gaan zorgen. Hoewel de reorganisatie zelf er wellicht niet eenvoudiger op zal worden, is deze wijziging toch een goede ontwikkeling voor bedrijven. Uiteindelijk zal er na een reorganisatie immers een evenwichtiger personeelsbestand overblijven.
Het gewijzigde Ontslagbesluit treedt per 1 maart 2006 in werking. De regel “last in, first out” geldt dan nog wel voor lopende ontslagverzoeken en voor meldingen van collectief ontslag die vóór 1 maart 2006 worden gedaan.
Annejet Lamme is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied arbeidsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.