Praktijkgebieden: Arbeidsrecht
Op 1 januari 2004 heeft het kabinet de sollicitatieplicht voor personen van 57,5 jaar en ouder opnieuw ingevoerd. Op grond hiervan zijn ouderen met een WW-uitkering verplicht minstens een keer per week te solliciteren. Bovendien moeten ze meedoen aan reïntegratiecursussen. Oudere werknemers die op 1 januari 2004 al een WW-uitkering ontvingen, werden eveneens in de sollicitatieplicht betrokken indien zij korter dan een jaar werkloos waren.
Deze maatregel vormt onderdeel van het kabinetsbeleid om de arbeidsparticipatie te bevorderen. De maatregel gold alleen niet voor WW-gerechtigden die op 31 december 2003 57,5 jaar of ouder waren.
De Tweede Kamer heeft op 30 juni jl. een motie aanvaard met betrekking tot de sollicitatieplicht WW. De motie verzoekt de regering de Regeling vrijstelling verplichtingen WW aan te passen in die zin dat WW-gerechtigden van 57,5 en ouder die ten minste één jaar werkloos zijn en voor ten minste 20 uur per week werken als mantelzorger of vrijwilliger, worden vrijgesteld van de sollicitatieplicht.
Het kabinet liet deze week in een brief aan de Tweede Kamer weten dat zij niet van plan is om de sollicitatieplicht voor deze groep af te schaffen. Zo deelde de minister De Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid deze week aan de Tweede Kamer mee dat het vaststellen van een leeftijdsgrens willekeurig en niet objectief te rechtvaardigen is. Wel zou het in de toekomst mogelijk moeten worden dat het UWV de bevoegdheid heeft om op basis van individuele omstandigheden een werknemer te ontheffen van de sollicitatieplicht. Redenen voor individuele ontheffing kunnen gelegen zijn in een gebleken grote afstand tot de arbeidsmarkt en het in aanzienlijke mate verrichten van mantelzorg en vrijwilligerswerk.
Rob Tempelaars is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied arbeidsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.