Praktijkgebieden: Bestuursrecht
Over de status van een bouwvergunning, en met name de zekerheid die de vergunning biedt, bestaat nog al eens verwarring. Diegene die de bouwvergunnning heeft aangevraagd wordt er door de gemeente namelijk op gewezen dat tegen de verleende bouwvergunning gedurende zes weken bezwaar kan worden gemaakt.Kan er daarvoor dan nog niet gebouwd worden? Ja dat kan wel. Zodra de bouwvergunning is verleend mag daar in principe gebruik van worden gemaakt, waarbij altijd wel nog even op de aan de vergunning verbonden voorwaarden moet worden gelet zoals het indienen van bepaalde conctructietekeningen of een melding dat je daadwerkelijk met de bouw begint. Het is dus niet zo dat je als vergunninghouder de bezwaartermijn moet afwachten. Soms kan dat wel verstandig zijn.
En kan de bouwvergunning dan na het verstrijken van de bezwaartermijn zonder meer zonder problemen worden uitgevoerd? Het antwoord daarop lijkt minder eenvoudig. Wanneer komt vast te staan dat de bouwvergunning juist is gepubliceerd en er geen bezwaar is gemaakt kun je er in principe van uit gaan dat de bouwvergunning niet meer kan worden aangetast. Is er evenwel wel bezwaar gemaakt, dan heeft de vergunninghouder een keuze. Hij kan ervoor kiezen om alvast zijn bouwplan te verwezenlijken, want bezwaar schorst de werking van de vergunning niet, alleen de rechter kan de vergunning eventueel schorsen. Starten met de bouw zolang er procedures lopen is anderzijds wel voor eigen risico van de vergunninghouder; komt uiteindelijk vast te staan dat de vergunning niet had mogen worden verleend, dan is de kans groot dat het bouwwerk zal moeten worden afgebroken en de voortvarende bouwer met een schadepost blijft zitten.Er zal daarom op enig moment een afweging moeten worden gemaakt of al dan niet vooruilopend op de uitkomst van de procedures wordt gestart met bouwen; de beslissing zal vaak afhangen van de inschatting van de rechtmatigheid van de vergunning en de belangen die bij een snelle bouw zijn gemoeid.Zoals ook veelal in de bouwvergunning zelf wordt aangegeven, wordt bij het verlenen van een bouwvergunning in beginsel niet getoetst of aan civielrechtelijke voorschriften wordt voldaan, zoals bijvoorbeeld de voorschriften van het burenrecht. De vergunninghouder die daarmee geen rekening houdt, en bijvoorbeeld onrechtmatige hinder veroorzaakt of vensters binnen de afstandsgrenzen van het burenrecht plaatst, kan om die reden na het onherroepelijk worden van de bouwvergunning nog wel worden geconfronteerd met een civielrechtelijke procedure.
De rechtszekerheid die een onherroepelijke bouwvergunning biedt zal overigens in een ander daglicht komen te staan indien het wetsvoorstel tot wijziging van de Woningwet, waarover wij eerder schreven, wordt ingevoerd. Dat wetsvoorstel ligt op dit moment nog bij de Eerste Kamer.
Femke van Ooijen is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied bestuursrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.