Praktijkgebieden: Arbeidsrecht
De Sociaal Economische Raad (SER) heeft op verzoek van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op 18 februari 2005 geadviseerd over een vereenvoudiging van de Arbeidstijdenwet. De doelstellingen van de Arbeidstijdenwet(ATW) hebben betrekking op de veiligheid, gezondheid en welzijn van werknemers in relatie tot hun arbeids- en rusttijden en de bevordering van de combineerbaarheid van arbeid en zorgtaken en andere verantwoordelijkheden buiten de arbeid. Daartegenover staat de behoefte van ondernemers aan meer flexibiliteit en maatwerk.Volgens de Raad gaat het uiteindelijk om gedeelde belangen: de ondernemer is gebaat bij gezonde werknemers en de werknemers zouden belang kunnen hebben bij meer flexibiliteit bij onvoorziene omstandigheden in de privé-sfeer.
De ATW kent een dubbel normenstelsel. Dit betekent dat er voor bijvoorbeeld de maximale werktijd per dienst twee normen zijn, een standaardnorm en een overlegnorm. De standaardnormen zijn overal en op iedereen van toepassing. De gedachte daarbij is dat de standaardnormen in het algemeen voldoende mogelijkheden bieden voor het maken van flexibele werktijdregelingen. Voor dagelijkse rust, wekelijkse rust en consignatie (werknemer is in vrije tijd beschikbaar om op op-roep arbeid te verrichten) geldt een standaardnorm. Voor pauze, arbeid op zondag, arbeidstijd, arbeidstijd inclusief overwerk en nachtarbeid geldt dat in overleg kan worden afgeweken van de standaardnorm, waarbij de ruimere normen van de overlegregeling niet mogen worden overschreden.
Dit stelsel zou volgens de Raad vervangen moeten worden door enkelvoudige normen. Bij een aantal normen zou afwijking mogelijk moeten zijn via CAO-afspraken en via een schriftelijke overeenkomst tussen de werkgever en de Ondernemingsraad of de personeelsvertegenwoordiging. In het voorstel van de SER zijn de normen vereenvoudigd ten opzichte van de huidige normen. In vergelijking met de huidige regeling krijgt de werkgever meer mogelijkheden om (in overleg) meer van de werknemers te vragen. Zo kan het maximale aantal uren dat een werknemer per dag mag werken van 9 naar 12 uur.Het SER-advies is te lezen via de website van de SER.
Annejet Lamme is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied arbeidsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.