Praktijkgebieden: Ondernemingsrecht
Gisteren, 22 december, heeft het Europese Hof van Justitie aan Microsoft een eerste slag toegebracht in een procedure die door de Europese Commissie in gang was gezet.
Op 24 maart van dit jaar heeft de Commissie Microsoft een boete opgelegd van 497 miljoen euro. Reden voor de boete is dat Microsoft haar machtspositie misbruikt, wat in strijd is met het mededingingsrecht.Het misbruik bestaat, volgens de Commissie, uit twee verschillende gedragingen van Microsoft. Ten eerste weigert Microsoft vanaf 1998 bepaalde technische informatie aan haar concurrenten te verstrekken, en hen toe te staan deze informatie te gebruiken bij het bouwen van concurrerende besturingssystemen. Om dit gedragspatroon te doorbreken, heeft de Commissie Microsoft geboden om iedere onderneming die de concurrentie met Microsoft wil aangaan (zowel actuele als potentiele concurrenten) specificaties van zogenaamde “client-to-server” en “server-to-server” protocollen te verstrekken. Doel is dat andere programma's dan aangesloten kunnen worden op Windows, en daarmee kunnen communiceren. Oftewel, dat computergebruikers verschillende programma's van verschillende producenten kunnen gebruiken, zonder dat de boel vastloopt en niet correspondeert.
De tweede gedraging die de Commissie aan banden wil leggen, betreft de Windows Media Player. De Commissie is van oordeel dat de combinatie Windows mèt Mediaspeler de concurrentie verstoort op de markt voor mediaspelers. Microsoft moet van de Commissie een versie van Windows op de markt brengen zonder mediaspeler, en een met. Consumenten moeten zelf kunnen kiezen welke mediaspeler zij willen, in het kader van de vrije concurrentie.
Afgezien van de boete (wat voor Microsoft een schijntje is), was Microsoft vooral niet blij met de twee opgelegde geboden. Microsoft is daarom in beroep gegaan tegen de beslissing van de Commissie, een procedure die een aantal jaren duurt. Totdat het Hof zijn definitieve oordeel geeft, moet Microsoft wel de beslissing van de Commissie uitvoeren. Daarom heeft Microsoft -in een aparte, aanzienlijk kortere procedure- het Europese Hof verzocht de twee geboden te schorsen totdat er definitief op het beroep is beslist. Microsoft stelt dat, als zij die twee geboden moet uitvoeren, zij ernstige en onherstelbare schade lijdt. Dit achtte het Hof niet voldoende aangetoond, en wees het verzoek volledig af. Volgens het Hof zal de markt niet zo wezenlijk veranderen, dat Microsoft in een klap van de troon gestoten wordt doordat zij de informatie prijsgeeft aan haar concurrenten, of Windows ook zonder mediaspeler moet leveren. Microsoft kan nog in hoger beroep tegen deze beslissing, maar liet eerder weten dat waarschijnlijk niet te zullen doen.Overigens heeft Microsoft niet verzocht om ook de boete te schorsen; deze is zelfs al betaald, kort na de beslissing van de Commissie.Op korte termijn zal Microsoft de opgelegde geboden dus moeten uitvoeren. Een Windows versie zonder mediaspeler wordt begin 2005 in de winkels verwacht.
Of Microsoft ook uiteindelijk veroordeeld wordt wegens misbruik van haar machtspositie, is dus nog even afwachten. Microsoft heeft al laten doorschemeren de kwestie met de Commissie te willen schikken.Microsoft-tegenstanders zijn in ieder geval al blij met dit tussen-oordeel. Er zijn al ettelijke procedures gevoerd tegen deze gigant, onder andere in de VS, maar meestal zonder groot resultaat.
Maja Bolè is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied handel- en ondernemingsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.