Praktijkgebieden: Ondernemingsrecht
Dit is de titel van een nota die minister Donner naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Uitgangspunt van de nota is het streven naar een concurrerend Nederlands ondernemingsrecht, wat Donner wil bereiken door te bouwen op drie pijlers: ” herstel van het machtsevenwicht in kapitaalvennootschappen, verbetering van de betrouwbaarheid/integriteit van rechtspersonen en flexibilisering van de inrichting van rechtspersonen.”De eerste pijler, herziening van de interne structuur van de vennootschap, heeft al een aanvang genomen. Zoals in de entry van 9 september jl. te lezen, treedt op 1 oktober 2004 de nieuwe structuurregeling in werking. Zoals in die entry al opgemerkt, vinden velen de nieuwe regeling nog te voorzichtig. En ook Donner presenteert nu een verdergaande herziening van het -nog niet in werking getreden- structuurregime. Zo wordt de mogelijkheid opgeworpen om de Raad van Commissarissen te laten opgaan in het bestuur, en niet langer als afzonderlijk orgaan te laten functioneren. Dit systeem sluit aan bij de Britse en Amerikaanse “one tier board”. De commissarissen zouden dan ook andere bevoegdheden krijgen, zoals een goedkeuringsrecht ten aanzien van bepaalde bestuursbesluiten. Donner meent dat enerzijds het bestuur zo wordt aangespoord om de commissaris tijdig bij het besluit te betrekken, en dat anderzijds de commissaris zich niet kan onttrekken aan zijn toezichthoudende taak. Mijns inziens is dan de vraag waar de scheidslijn bestuurder-toezichthouder zal gaan lopen. Donner meent dit te ondervangen door van de commissarissen te verlangen dat zij aan de aandeelhouders verantwoording afleggen over hun taakvervulling, bijvoorbeeld in de vorm van een verslag.Voorts zal het structuurregime in zijn volgende herziening alleen nog verplicht zijn voor vennootschappen met 1000 werknemers of meer (in Nederland), in plaats van de huidige grens van meer dan 100 werknemers. Verder zouden minderheidsaandeelhouders met een gezamenlijk belang van minstens 30% het recht krijgen een toezichthouder te benoemen.Een van de gevolgen van het structuurregime dat op 1 oktober a.s. in werking treedt, is dat de invloed van de grootaandeelhouder wordt vergroot. In aansluiting daarop, wenst Donner ondernemingen te vrijheid te blijven geven om beschermingsconstructies op te werpen tegen vijandige overnames. Het bestuur kan vervolgens gedurende 6 maanden het bod in overweging nemen. Indien de overnemende partij na 6 maanden echter 75% van de aandelen in handen heeft, dan kan deze de bestuurders en de commissarissen ontslaan, en nieuwe benoemen.Ten behoeve van de tweede pijler, de integriteit van de ondernemingen, wijst Donner op de toepassing van de International Accounting Standards (zie mijn entry van 9 juli 2004); een verscherpt toezicht van de AFM op jaarrekeningen; en inspraak van aandeelhouders en or op de bezoldiging van de bestuurders.Dan de derde pijler: de flexibilisering van vennootschappen. Het ministerie van economische zaken is al met een wetgevinstraject gestart voor de vereenvoudiging van besloten vennootschappen, onder andere door middel van het afschaffen van de kapitaalsbescherming, en het verruimen van de aansprakelijkheid van bestuurders. Tevens ligt er bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel ter modernisering van de personenvennootschappen (zoals de v.o.f. of maatschap).Al met al een heel samenspel van op handen zijnde veranderingen, waarvoor de minister de komende jaren heeft uitgetrokken. De nota is te lezen op de website van het ministerie van justitie.
Maja Bolè is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied handel- en ondernemingsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.