Praktijkgebieden: Ondernemingsrecht
Stel je voor: je begint vol enthousiasme en vertrouwen een onderneming met een paar goede vrienden of zakenpartners. Jullie delen dezelfde dromen en doelen. Maar wat gebeurt er als jullie het ineens niet meer met elkaar eens zijn?
Als het niet lukt om er samen uit te komen, dan kan het beëindigen van het aandeelhoudersgeschil een enorme uitdaging zijn. De huidige wetgeving maakt het mogelijk om onder omstandigheden een andere aandeelhouder uit te stoten of zelf uit te treden (de “geschillenregeling”), maar de gerechtelijke procedures daarvoor worden momenteel niet als toegankelijk en praktisch ervaren. Zij kosten veel tijd en geld. Vooralsnog wordt vaker gebruikgemaakt van de mogelijkheid om een onderzoek te laten instellen naar de gang van zaken bij en het beleid van een rechtspersoon (de “enquêteprocedure”), omdat die doorgaans als wat toegankelijker en effectiever wordt ervaren. Ook deze procedure brengt echter kosten met zich mee en kost tijd.
Het Wetsvoorstel “Wet aanpassing geschillenregeling en verduidelijking ontvankelijkheidseisen enquêteprocedure” (ook wel “Wagevoe” genoemd) is ontworpen om geschillen binnen rechtspersonen sneller en efficiënter op te lossen:
Hoewel de verwachting bestaat dat door de komst van de nieuwe wet de geschillenregeling en de enquêteprocedure aantrekkelijker worden, verdient het de voorkeur om zélf de touwtjes in handen te houden. Het voeren van een gerechtelijke procedure kost immers tijd en geld. Door het opstellen van een eigen regeling kun je voorkomen dat je bij de rechter terechtkomt. Er ligt dan immers al een draaiboek klaar voor als aandeelhouders met elkaar in conflict raken. Maar ook als je tóch bij de rechter terechtkomt, heeft een eigen regeling nut. De door jou gewenste en op maat gemaakte regeling gaat namelijk doorgaans vóór op de wettelijke geschillenregeling, tenzij een aandelenoverdracht op basis van die eigen regeling niet mogelijk of uiterst bezwaarlijk is. Het is dus zeker de moeite waard om er een te maken.
Neem bijvoorbeeld een eigen regeling op in de statuten en/of maak een aandeelhoudersovereenkomst waarin je vermeldt wat er gebeurt als er sprake is van een deadlock-situatie. Je kunt bijvoorbeeld vastleggen dat ieder van de twee aandeelhouders in een deadlock-situatie het recht heeft om een biedingsprocedure te starten waarbij de ene aandeelhouder (X) zijn aandelen moet aanbieden aan de andere aandeelhouder (Y), waarbij de aandeelhouder Y de keuze heeft om de aandelen over te nemen of om zijn eigen aandelen voor die prijs over te dragen aan aandeelhouder X (“Russisch roulette clausule”) of dat beide aandeelhouders een gesloten bod op elkaars aandelen uitbrengen waarbij de hoogste bieder verplicht is om de aandelen van de andere aandeelhouder over te nemen (zoals bijvoorbeeld in de “Texaanse shoot-out clausule” of de “Mexicaanse shoot-out clausule”).
Er zijn talloze mogelijkheden om je eigen regeling te maken. Wieringa Advocaten adviseert je graag daarbij en kan voor jou een op maat gemaakte regeling opstellen. Neem gerust contact met ons op.
Ben je al verwikkeld in een (aandeelhouders-)geschil? Neem ook dan gerust contact met ons op. Wij adviseren je graag en zo nodig staan we je bij in de rechtszaal.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.