Practice areas: Employment Law
What will change for employers in 2026? We have listed the main changes and legislative proposals in this blog.
Minimum wage up
Like every year, the minimum wage is also rising this year. For employee aged 21 and above, a minimum wage of €14.71 per hour will apply from 1 January 2026. From 1 July 2025, it was €14.40 per hour. The new minimum hourly wage for employees aged 20 or younger can be found on the central government website.
Home working and travel allowance up
The maximum untaxed allowance for employees working from home will increase from €2.40 to €2.45 per day from 1 January 2026. The maximum untaxed travel allowance remains €0.23 per kilometre in 2026, as in 2025.
General remuneration cap raised (Top Income Standardisation Act)
The general remuneration ceiling within the meaning of the Wet normering topinkomens ( WNT) will also go up again next year. This act sets limits to the maximum remuneration of top officials in the (semi)public sector. For 2025, the maximum remuneration was set at €246,000. For 2026, the general remuneration maximum has been set at €262,000.
Free space working costs scheme remains the same
The WKR’s free allowance will remain at 2% in 2026. In 2027, the percentage will rise to 2.16%. This applies to the wage bill up to €400,000. For the wage bill above that, a percentage of 1.18% will apply.
Furthermore, a number of bills are on the way. These laws are not yet finalised, but are expected to come into force in 2026.
Bill to limit compensation scheme for transitional allowance in case of long-term illness
Since 1 April 2020, employers have been able to receive compensation for transitional compensation in case of dismissal due to long-term disability. This bill stipulates that from 1 July 2026, this compensation scheme will be limited to small employers (fewer than 25 employees). Employers with 25 or more employees will thus no longer be able to receive compensation for the transition allowance when an employee leaves employment after two years of illness from 1 July 2026. However, the Council of State is critical and advises that the bill should only be introduced if the full transition compensation in the second year of illness is scrapped.
Bill Clarifying assessment of labour relations and legal presumption (VBAR)
The VBAR Act replaces the DBA Act and aims to clarify the distinction between employees and self-employed persons, thereby reducing false self-employment. This new law introduces an assessment framework of the authority criterion to assess whether an employment contract exists. The VBAR Decree fleshes out this assessment framework. The Bill was submitted to the House of Representatives on 7 July 2025 and the Decree was submitted for internet consultation on 12 September. The entry into force of the Act and the Decree is expected to take place on 1 July 2026.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.