Practice areas: Business and Commercial Law, Corporate Law and Business Structuring
In continental Europe, the way the company and its associated enterprise are organised is based on the “stakeholder model”, also known as the “Rhineland model”. This model views the company and its business as a community of interests in which the factors of labour and capital work together in harmony as far as possible. It follows from this model that directors must carefully consider the interests of all stakeholders involved in the company and its affiliated enterprise, which was confirmed in the Dutch Supreme Court’s Cancun decision.
Stakeholders, according to the Corporate Governance Code, are individuals or groups that (in-)directly influence, or can be influenced by, the achievement of the company’s objectives. Examples of stakeholders are:
The powers and rights of certain stakeholders, such as shareholders and employees, with which they can exercise power over (the management of) the company are regulated by law.
Thus, the relationship between the company and its employees (representatives) in terms of employee participation is governed, among other things, by the Works Councils Act ( WOR). Therein, for example, the works council is granted an advisory right in certain cases.
For individual shareholders, the relationship between the company and them as such is largely governed by the Civil Code Book 2 – Legal Entities. These include the right to institute certain proceedings (e.g. the annual accounts procedure/dispute settlement procedure), various information rights, various financial rights and control rights.
Not only in law, but also in the Corporate Governance Code, certain stakeholders are addressed. For example, for employees (representatives) at listed companies, in addition to the WOR, a number of additional provisions of the Corporate Governance Code apply to culture and contacts between the supervisory board and the employee participation body, cf. e.g. article 2.5.2 Corporate Governance Code and article 2.5.3 Corporate Governance Code.
The Corporate Governance Code also provides that the listed company shall outline a policy for an effective dialogue with relevant stakeholders on the sustainability aspects of the company’s strategy (Article 1.1.5. Corporate Governance Code). Furthermore, the Corporate Governance Code provides that the management board of a listed company, under the supervision of the supervisory board, shall focus on the long-term value creation of the company and its affiliated enterprise and weighs the relevant interests of stakeholders to this end (principle 1.1 Corporate Governance Code). Such weighing of interests may result in the management board disregarding certain stakeholders, but not necessarily: the Corporate Governance Code does not prescribe what the outcome of the weighing of interests and the consequences to be attached thereto should be in concrete cases.
Are you curious about what rights you have as a stakeholder? Or are you a director of a company and wondering to what extent you need to take certain stakeholders into account when making decisions? If so, feel free to contact us. We will be happy to advise you.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.