icon

De minderheidsaandeelhouder en informatie: waar heeft hij recht op?

Inleiding

Bij de Ondernemingskamer (“OK”) worden geregeld procedures gevoerd over het informatierecht van minderheidsaandeelhouders. Veelal is het de vennootschap die – onder verwijzing naar de wet – stelt dat een aandeelhouder geen recht heeft op gevraagde informatie. De aandeelhouder in kwestie vindt meestal het tegenovergestelde.

Feiten

Op 31 oktober 2019 heeft de OK een interessante beschikking gewezen waarin (onder meer) het informatierecht van een minderheidsaandeelhouder centraal staat. Het ging in die beschikking over de vennootschap Bosal. Tot 19 juni 2019 is de familie F via de vennootschap Jenda enig aandeelhouder van Bosal. De familie F houdt ook aandelen in andere vennootschappen. Deze vennootschappen verstrekken diverse leningen en licenties aan Bosal. Sinds 2010 is A bestuurder van Bosal. A heeft een optie gekregen op 155 aandelen in Bosal, wat overeenkomt met 15% van het aandelenkapitaal.

Tussen bestuurder A en aandeelhouder Jenda ontstaat in 2016 een conflict waarna A wordt geschorst en ontslagen als bestuurder. Drie dagen later oefent A zijn optie uit. Omdat Jenda stelt dat A zijn optierecht niet kan uitoefenen nadat hij is ontslagen, voeren de partijen een rechtszaak bij de Ierse rechter. A wordt in mei 2019 in het gelijk gesteld en Jenda levert in augustus 2019 alsnog de aandelen aan A.

Nog voordat de Ierse rechter zich uitspreekt en A in het gelijk wordt gesteld, onderneemt de familie F actie. De leningen en licenties die vanuit andere vennootschappen van de familie zijn verstrekt, worden in juni 2019 (voordat de aandelen aan A worden geleverd) omgezet in cumulatief preferente aandelen. Een deel van de zogeheten cumprefs kan bovendien worden geconverteerd in gewone aandelen. Hierdoor zou het belang van A verwateren. Bestuurder A vraagt het bestuur van Bosal herhaaldelijk om informatie. Omdat hier volgens hem geen gehoor aan wordt gegeven, wendt hij zich tot de OK.

Informatierecht van een minderheidsaandeelhouder

De OK herhaalt allereerst vaste rechtspraak met betrekking tot het informatierecht van een minderheidsaandeelhouder. Als hoofdregel geldt dat het bestuur van een vennootschap de aandeelhouders informeert tijdens de algemene vergadering (en in de jaarrekening). Tijdens die vergadering moet het bestuur de informatie geven waar de aandeelhouders (individueel en als gehele vergadering) om vragen, tenzij een zwaarwichtig belang van de vennootschap zich hiertegen verzet (art. 2:217 lid 2 BW).

Als uitgangspunt geldt dat aandeelhouders buiten de algemene vergadering geen recht hebben op verstrekking van door hen verlangde informatie. In sommige gevallen wordt van deze hoofdregel afgeweken en moet een vennootschap buiten de algemene vergadering informatie verstrekken aan haar aandeelhouders. Deze verplichting van de vennootschap wordt in dat geval gebaseerd op de bijzondere zorgplicht die zij heeft richting haar minderheidsaandeelhouders (art. 2:8 BW).

In eerdere rechtspraak is uitgemaakt dat een dergelijke situatie zich voordoet als een meerderheidsaandeelhouder enig bestuurder is van een vennootschap en tussen die vennootschap en de meerderheidsaandeelhouder transacties plaatsvinden die belangenvermenging meebrengen. In dat geval moet tegenover de minderheidsaandeelhouder die geen bestuurder is volledige openheid worden betracht over die transacties. De vennootschap kan zich dan niet verschuilen achter de beperkte strekking van art. 2:217 lid 2 BW.

In de Bosal-beschikking lijkt de OK nog een stap verder te gaan. De OK overweegt dat Bosal vragen van A over het beleid en de gang van zaken van Bosal slechts onbeantwoord kan laten indien daarvoor een voldoende zwaarwegende reden bestaat. A heeft als aandeelhouder niet alleen recht op informatie over de transacties tussen Bosal en (vennootschappen van) de familie F, maar op informatie over het gehele beleid en de gang van zaken van Bosal.

Omdat A deze informatie niet heeft gekregen, oordeelt de OK dat er redenen zijn om te twijfelen aan een juist beleid en juiste gang van zaken. De mogelijke gevolgen van dit oordeel kwamen aan de orde in een eerdere blog.

Conclusie

Bestuurders van vennootschappen met minderheidsaandeelhouders moeten zich bewust zijn van de rechten van een minderheidsaandeelhouder. Daarentegen kan een minderheidsaandeelhouder actief van zijn rechten gebruik maken. Bent u bestuurder van een vennootschap of (minderheids)aandeelhouder en hebt u vragen over het informatierecht, neem dan gerust contact met ons op.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
De minderheidsaandeelhouder en informatie: waar heeft hij recht op?

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief