icon

Arbeidsovereenkomsten gesloten met een VOF: wie is ‘de werkgever’?

De vennootschap onder firma

Een vennootschap onder firma (“vof”) is een veel gebruikte rechtsvorm door ondernemers. De vof kan vrij eenvoudig door twee of meerdere (rechts)personen worden opgericht met het doel om samen onder een gemeenschappelijke naam een bedrijf uit te oefenen.

De vof is geen rechtspersoon en heeft dus geen rechtspersoonlijkheid. Toch is door de wet en rechtspraak tot op zekere hoogte een zelfstandige positie toegekend aan de vof in het rechtsverkeer. Zo kan een vof op eigen naam failliet verklaard worden en het is vaste rechtspraak van de Hoge Raad dat het voor het bedrijf bestemde vermogen van de vennoten is afgescheiden van hun privévermogens. Op dit afgescheiden vermogen kunnen schulden – aangegaan in het kader van het door de vof uitgeoefende bedrijf – worden verhaald door schuldeisers.

De vof als werkgever

Op arbeidsovereenkomsten – gesloten namens een vof – wordt vaak de vof vermeld als ‘de werkgever’. In de situatie dat de vof een verplichting uit de arbeidsovereenkomst niet nakomt, speelt de vraag wie ‘de werkgever’ is en dus wie de werknemer daarop kan aanspreken. Deze vraag heeft de Rechtbank Overijssel dit jaar voorgelegd aan de Hoge Raad. Uit de uitspraak van de Hoge Raad waarin de vraag wordt beantwoord, blijkt het volgende.

Als een vof een arbeidsovereenkomst met een werknemer sluit, dan geldt dat als een arbeidsovereenkomst met de gezamenlijke vennoten; de vof heeft immers geen rechtspersoonlijkheid. Vorderingen uit hoofde van de arbeidsovereenkomst kan de werknemer geldend maken tegen zowel de gezamenlijke vennoten als jegens elke vennoot afzonderlijk. Dit betekent dat de werknemer de keuze heeft om zijn of haar vordering te verhalen op het afgescheiden vermogen van de vof en/of op het privévermogen van iedere afzondelijke vennoot.

Wetsvoorstel Modernisering personenvennootschappen

Concluderend: niet ‘de vof’, maar de gezamenlijke vennoten van een vof worden aangemerkt als ‘de werkgever’ nu de vof geen rechtspersoonlijkheid bezit. Hier kan echter verandering in komen. Wij schreven al eerder over het ‘wetsvoorstel Modernisering personenvennootschappen’.

Een belangrijk onderdeel daarvan is dat op basis van deze voorgestelde wet alle personenvennootschappen – en dus ook de vof – rechtspersoonlijkheid verkrijgen. Uit de memorie van toelichting bij dit wetsvoorstel blijkt dat het de bedoeling is van de wetgever dat schuldeisers in de toekomst in de eerste instantie de vof zullen aanspreken voor het nakomen van een verbintenis en dat pas indien aannemelijk is dat de vof niet zal voldoen aan de verbintenis, de privévermogens van de afzonderlijke vennoten kunnen worden aangesproken.

Heeft u vragen hierover? Neem gerust contact met ons op.


Kirsten Willms is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied vennootschapsrecht.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
Arbeidsovereenkomsten gesloten met een VOF: wie is ‘de werkgever’?

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief