icon

Handhaving ACM verbod in rekening brengen bemiddelingskosten aan consument-huurder in strijd met het verbod van willekeur

Op grond van artikel 7:417, vierde lid, in verbinding met artikel 7:427 van het Burgerlijk Wetboek (BW) is het verboden om loon in rekening te brengen bij de consument-huurder in het geval waarin een verhuurmakelaar of bemiddelingsbureau zowel optreedt namens de verhuurder als de consument-huurder van woonruimte. Hiervoor is het niet relevant of de bemiddelaar daadwerkelijk loon ontvangt van de verhuurder (vgl.HR 16 oktober 2015, ECLI:NL:HR:2015:3099).

Naar aanleiding van een aanpassing van de artikelen 7:417, vierde lid, en 7:427 van het BW in juli 2016 heeft de Autoriteit Consument & Markt (hierna: de ACM) een brief gezonden naar verhuurmakelaars waarin zij haar standpunt met betrekking tot de uitleg van deze bepalingen heeft uiteengezet. Voorts heeft de ACM aangegeven dat zij handhavend kan optreden wanneer het gaat om de belangen van meerdere consumenten en sprake is van oneerlijke handelspraktijken. Die brief is op 4 juli 2016 geplaatst op de website van de ACM: https://www.acm.nl/sites/default/files/old_publication/publicaties/16917_brief-aan-verhuurmakelaars-new.pdf.

Recent heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam in een zaak zich uitgelaten of de ACM een dwangsom mocht opleggen aan een huurbemiddelaar wegens het in rekening brengen van bemiddelingskosten aan een consument-huurder.

De huurbemiddelaar betoogde in de zaak dat de handhaving door de ACM in strijd is met het verbod van willekeur en het gelijkheidsbeginsel aangezien de ACM alleen handhavend had opgetreden tegen haar en niet tegen andere huurbemiddelaars in de regio die, gelet op de informatie op hun websites, (ook) bemiddelingskosten in rekening brengen bij aspirant huurders.

De voorzieningenrechter volgde de huurbemiddelaar in haar betoog en kwam tot het (voorlopige) oordeel dat de ACM niet in redelijkheid had kunnen besluiten tot handhavend optreden jegens deze huurbemiddelaar, zonder tegelijk ten minste actie te ondernemen jegens een substantieel aantal directe concurrenten van de huurbemiddelaar in kwestie. De voorzieningenrechter zag daarom aanleiding het dwangsombesluit te schorsen met ingang van de datum van het verzoekschrift.

De uitspraak van de voorzieningenrechter lijkt in beginsel gunstig voor huurbemiddelaars maar schijn kan bedriegen. Immers kan een mogelijk gevolg van deze uitspraak zijn dat de ACM grootschaliger en stelmatiger zal gaan handhaven. Huurbemiddelaars wees gewaarschuwd!


Roos de Grave is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied huurrecht.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
Handhaving ACM verbod in rekening brengen bemiddelingskosten aan consument-huurder in strijd met het verbod van willekeur

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief